Foto: Margo (rechts) met collega’s in de steundemonstratie bij de A12-blokkade
Interview: Lia van Strien
De handafdruk van Margo Verbaarschot
Op het eerste oog zien mensen, en dus ook haar collega’s, niet meteen de link tussen de aanpak van de klimaatcrisis en het werk van de politie. Behalve dan dat de politie massaal ingezet moest worden op de A12. Politieambtenaar en klimaatcoach Margo Verbaarschot heeft als missie om met haar collega’s het verbindende gesprek aan te gaan over de bijdrage van de politie aan de klimaattransitie.
Het begon met een lied
“In januari 2023 schreef ik naar aanleiding van de A12-blokkades een lied. Als politieambtenaar kon ik niet op de A12 gaan zitten, maar ik had wel dezelfde knoop in mijn maag over de fossiele subsidies. Het was een serenade aan Extinction Rebellion en tegelijkertijd een verzoeknummer aan de overheid. Het werd opgepikt door een krant, die er net andere uitleg aan gaf dan ik bedoeld had, met als gevolg dat ik een waarschuwing kreeg en op het matje werd geroepen. Spannend, ja. Maar door tijdens de gesprekken die volgden vaardigheden in te zetten die ik in de klimaatcoachopleiding had geleerd, lukte het me om de negatieve insteek waarmee het begon om te buigen naar iets constructiefs. En ik wist vanuit de KG-methodiek natuurlijk hoe groot de impact van een goede handafdruk kan zijn. Dat gaf me energie en de moed om er werk van te maken. Want ik dacht al snel: dit is een discussie die binnen de politie breder gevoerd moet worden. Vanaf dat moment ben ik pro-actief de boer op gegaan om het gesprek over onze politietaak in de klimaatcrisis te bespreken met collega’s.
Al snel ontstond er een klein groepje intrinsiek gemotiveerde collega’s, die allemaal een taak zagen in het op de kaart krijgen van klimaatveiligheid en de rol van de politie-organisatie daarin. We organiseerden een brainstormdag waar verschillende acties uit voortkwamen. Zo heb ik op een conferentie een paar klimaatgesprekken georganiseerd met behulp van het boekje ‘De regenmaker’ van Kees Klomp . Achterin had ik stellingen geplakt, waarover collega’s een-op-een met elkaar in gesprek gingen. ‘Zijn we er voor de staat of voor de straat’, bijvoorbeeld. Dankzij de coachopleiding kon ik een veilige kwetsbare sfeer neerzetten, die gesprekken in goede banen leiden en op het juiste moment de juiste vragen stellen.
Politie voor klimaatveiligheid
Ook hebben we op LinkedIn een netwerk opgericht: ‘politie voor klimaatveiligheid’, waar zich binnen enkele weken een paar honderd collega’s bij aansloten. Daarin pionieren we met elkaar rond maandthema’s met wekelijkse acties of opdrachten. Elke maand diepen we één thema uit: in week 1 doe je daarover kennis over op, in week 2 volgt een individuele actie, in week 3 een actie in het kader van de bedrijfsvoering, en in week 4 maken we er politiewerk van. Dat loopt nu nog steeds, er zijn momenteel zo’n 450 collega’s aangesloten.
Gemeenschappelijk doel
Mijn focus is steeds: hoe hou je verbinding met de terecht bezorgde medemens? Want de rebellen die op de A12 zitten en de demonstranten die langs de weg staan, zijn daar vanuit een enorme betrokkenheid: ze zijn daar niet voor zichzelf, maar voor de maatschappelijke veiligheid en rechtvaardigheid. We hebben feitelijk een gemeenschappelijk doel. Ik voer daarom binnen het korps gesprekken over de vraag: ‘Hoe kunnen we de orders van het bevoegd gezag volgen én tegelijkertijd de politiemissie uitdragen en zorgdragen voor de langetermijnveiligheid waar we, volgens mij, ook een rol in te spelen hebben.
Geef je groene hart blauwe slagkracht
Op een gegeven moment ben ik met zes collega’s zelf in de steundemonstratie gaan staan met een spandoek. ‘Geef je groene hart blauwe slagkracht. Samen pakken we de klimaatboeven aan’, stond daarop. Met een QR-code verwezen we naar vacatures binnen de politie voor het bestrijden van milieucriminaliteit. Het leverde veel verbindende en ook hard nodige gesprekken op met demonstranten, die het heel fijn vonden om de politie van een andere kant te zien. Dat hebben we vervolgens ook intern weer uitgedragen.
Manifest
Onlangs hebben we een manifest geschreven, waarin we niet alleen uitleggen waarom wij klimaatverandering een urgent veiligheidsprobleem vinden en hoe het invloed heeft op onze politiewerkzaamheden, maar ook hoe we als politie met ons werk invloed kunnen hebben op klimaatmitigatie en -adaptatie. Het manifest is een oproep aan de korpsleiding om de urgentie te erkennen én zich daarover openbaar uit te spreken. Het is door meer dan 700 collega’s ondertekend.
Vorige week maandag heb ik het manifest mogen overhandigen aan de korpsleiding. Er was een debat over klimaatveiligheid op de Politieacademie, georganiseerd vanuit het netwerk. Eén van mijn collega’s had een journalist van het AD getipt, die er een stukje over schreef in de krant, en naar aanleiding daarvan werden er een dag later in de Tweede Kamer vragen over gesteld. Dat is wel bijzonder, om te zien hoe snel zo’n handafdruk doorgegeven kan worden en dingen in beweging zet. Ik ben heel benieuwd wie er als eerste met een antwoord gaat komen: de korpsleiding of de politiek.
Hoop op een standpunt
Mijn wens voor volgend jaar? Ik hoop dat de politie als organisatie, vanuit professioneel standpunt, een mening formuleert over klimaatverandering als veiligheidsprobleem en dat standpunt ook actief uitdraagt. Ik hoop dat de politie een normstellende taak pakt als het gaat om klimaatveiligheid en milieucriminaliteit, vanuit neutraliteit, met de wetenschap als basis. Want als de politie zegt: ‘Dit bedrijf is een boef’, dan heeft dat weer een heel andere impact dan wanneer bijvoorbeeld Milieudefensie of Greenpeace dat roept.
En voor mezelf? Ik werk nu op een heel belangrijk thema, zedenmisdrijven, maar ik merk dat mijn energie toch meer op dit klimaatthema zit. Vanaf februari ga ik fulltime politiewerk maken van milieuveiligheid, klimaatveiligheid en interne gedragsverandering. Het team duurzaamheid bestaat al een paar jaar, maar was tot nu toe vooral bezig met het vergroenen van de gebouwen en het wagenpark en dergelijke, zeg maar de voetafdruk van het politiebedrijf. Mijn nieuwe functie laat mooi zien hoe het interne gesprek verschuift van ‘wat kan ik als mens doen’ naar ‘wat kan ik als ámbtenaar doen’.
Hoe kan ik bijdragen?
Dat is volgens mij de sleutel. Voor het aanjagen van systeemverandering hebben we nu zoveel mogelijk mensen nodig. Stel dat iedere professional zijn corebusiness pakt en vandaaruit bedenkt: ‘Hoe kan ik in mijn functie een rol spelen in de transitie?’ En daar dan werk van maakt. Volgens mij hebben we het dan binnen no time opgelost.
Nu veel van mijn collega’s de link tussen klimaatverandering, veiligheid en rechtvaardigheid goed snappen, kunnen we wat mij betreft over op actie: zorgen dat we vanuit onze normstellende taak voorop lopen op het onderwerp duurzaamheid, en boeven vangen die onder klimaatbeleid proberen uit te komen. Organiseren dat we dat mogen, willen en kunnen; dat zijn mijn ambities voor volgend jaar.”