Wie denkt aan klimaatverandering, denkt al snel aan smeltende gletsjers, droogtes, zeespiegelstijging, bosbranden, et cetera. Helemaal geen inspirerende plaatjes! Dat is begrijpelijk, omdat de eersten die gingen spreken over klimaatverandering de wetenschappers waren die de mogelijke risico’s benoemden. Inmiddels is het tijd voor een nieuw soort klimaatgesprekken: over wat we winnen bij een klimaatvriendelijk leven. Klimaatverandering zou ons leven drastisch kunnen veranderen, business as usual zou leiden tot dramatische scenario’s: doemdenken. Maar zouden wij er ook voor kunnen kiezen om zelf ons leven drastisch te veranderen? Om te dromen en dan te doen? Van deze klimaatgesprekken houden wij!
Hieronder vind je daarom zo’n droom, over hoe het leven in 2050 een stuk aangenamer kan zijn dan nu, én klimaatvriendelijk. Deze droom spreekt misschien aan, misschien maar voor een deel, en misschien niet zo erg. We hopen dat hij in ieder geval inspireert om je eigen droom te verhelderen en om samen dromen uit te wisselen: zo kunnen we samen tot de samenleving van de toekomst komen. Voel je welkom om dat een keer te komen doen bij de workshops van KlimaatGesprekken.
Leven in de stad in 2050
Anna en Daan lopen door de stad. Ze zijn hier geboren en getogen. Nu ze dertiger zijn, staan ze versteld van hoeveel er is veranderd in al die jaren.
“Hé Daan, weet je nog,” zegt Anna, “hier stond vroeger zo’n tankstation, zo’n lelijke betonnen hoek in de straat met neon letters.” “Ja,” zegt Daan, “en dat je dan de benzine kon ruiken als je achterin de auto zat bij je ouders. Of bij het stoplicht, wanneer je achter zo’n stinkscooter stond te wachten met je fiets! Nou, die gingen er wel snel uit toen iedereen eenmaal doorkreeg dat opladen goedkoper was dan tanken.”
Langs hen zoeft een e-one. Een overdekte, elektrische ligfiets die zelf stuurt. “Wauw, volgens mij is dit een van die nieuwe modellen!” roept Daan uit. Anna kijkt er niet meer van op, ze is het gewend geraakt dat er elk jaar wel een upgrade verschijnt omdat fabrikanten anders te snel hun abonnees kwijtraken. Die betalen immers gewoon voor het meest comfortabele en meest klimaatvriendelijke vervoer, niet voor eigendom.
“Haha, ja, toen die circulaire economie eenmaal op gang kwam, werd dat echt een dingetje hè.” Wie nog bezit is eigenlijk dom. Anna kan er nog spijt van hebben dat haar ouders, die nog een tikkeltje ouderwets waren, haar een we-phone gaven toen ze 10 werd in 2027. Een half jaar later liep iedereen met de everyone-phone die ze gewoon bij de spullenbibliotheek hadden gehaald en lieten upgraden. Terwijl zij dat ding zelf moest onderhouden. Ze had hem dan misschien wel de hele tijd, maar binnen 2 jaar had ze er niets meer aan. Sinds de spullenbibliotheek was er in de winkelstraat ook meer horeca dan winkels.
Ze zijn aangekomen bij Daan thuis. Een prachtige monumentale woning, met een groen dak en een beekje voor de voordeur. Sinds die stadsbeekjes er lagen kan je tenminste weer gewoon doorrijden met je e-one als het hoosde. En die groene daken waren perfect voor de koelte in de zomer. De katten en stadsvossen hadden het zich er zo thuis gemaakt, dat van meeuwen ook geen sprake meer was.
“Wat zullen we zo eens eten?” vraagt Anna. Ze kijkt op haar app of iemand van de buren al wat heeft gemaakt en aangeboden. Vandaag nog niet. Zullen we dan maar even naar Instock, waar ze lekkere maaltijden maken met onverkochte supermarkt spullen? “Nee,” zegt Daan, “ik wacht wel op de stadsrit van de lokale boer: zijn krieltjes zagen er gisteren zo lekker uit. En dan als dessert wat appels uit het plukbos.”
“O ja, leuk,” zegt Anna, “dan gaan we meteen even langs het repair café, want ik heb daar nog wat broeken liggen en een tas.” “Een eigen tas, waar heb je die nog voor nodig?” vraagt Daan. “Nou,” verdedigt Anna zich, “voor eh.. werkspullen.” “Maar die zijn toch digitaal, of geef je mee aan de bezorgdrone?” “En soms een boodschapje,” probeert Anna nog. Daan proest het bijna uit: “Die geven ze af aan de deur, of in retourkratten of stop je in je refill-potten! Geef nou maar toe Anna, je vindt zo’n ding gewoon leuk staan, een hebbedingetje. Beetje eigendom,” lacht hij haar toe. “Wil je soms terug naar 2017 Anna, naar die tijd met vuilniszakken en containers in de stad?”
“Nee zeg, ben je gek, zegt Anna. “Ik moet er niet aan denken om terug te gaan naar de stad van 2017. Ik ben blij dat we af zijn van vuilnis, vervuiling en vervreemding. Geef mij maar open lanen en overvloed delen op ontmoetingsplekken.”