Oké, het zal niet helemáál door KlimaatGesprekken komen, maar feit is wel dat Mariska Slappendel in 2018 onze workshopreeks volgde en in datzelfde jaar haar baan opzegde en uiteindelijk iets radicaal anders ging doen: ze ging lokaal voedsel distribueren voor Rechtstreex. Inmiddels heeft ze met Rechtstreex zelfs de eerste winkel geopend. “Ik wil graag wat bijdragen aan een betere wereld.”
Eerst maar even over Rechtstreex: wat is dat precies?
“Dat is begonnen als een initiatief van twee jongens in Rotterdam. De bedoeling is om lokaal eten, eten van dichtbij, naar de stad te brengen, letterlijk en figuurlijk. Klanten bestellen online bij boeren die met Rechtstreex samenwerken en halen hun bestelling op woensdag of vrijdag op bij een afhaalpunt. Dat was eerst alleen een kelder, nu is Rechtstreex inmiddels behoorlijk groot geworden. In Rotterdam zijn er nu ongeveer vijftig afhaalpunten en in de regio Haaglanden zijn er zo’n twintig.”
Kun je daar je werkweek mee vullen?
“Nee, maar de meeste ‘wijkchefs’, die een wijkpunt beginnen, doen dit ook naast een ‘gewone’ baan. Zelf begon ik met twee afhaaldagen en was ik daarnaast actief binnen het netwerk van duurzaamheid en voedsel in Den Haag. Inmiddels vullen mijn Rechtstreex werkzaamheden wel een hele werkweek.”
Was je sowieso al professioneel met voedsel bezig toen je bij Rechtstreex begon?
“Nee, totaal niet. Ik heb twintig jaar als jurist in de bouwwereld gewerkt. Ik was afgestudeerd in milieurecht, maar de bouwwereld is heel traditioneel en loopt best wel achter op dat vlak. Ik wilde graag méér doen. Dus op een gegeven moment heb ik de knoop doorgehakt en het roer omgegooid. De workshopreeks van KlimaatGesprekken heeft daar zeker invloed op gehad.”
Kun je daar wat meer over vertellen?
“De workshops hebben dingen bij me in gang gezet. Ik vond het heel inspirerend om met mensen te praten over duurzaamheid en je eigen rol daarin. Ik weet nog dat we het Voedselspel deden. Hartstikke leuk vond ik dat. Onze groep had dat best goed gedaan, dat viel onze coach, Femke Merkx, ook op. Toen hebben we het erover gehad dat zo’n spel voor veel mensen een eye opener kan zijn. Want nog lang niet iedereen is zo bewust met voedsel bezig.”
Was jij dat toen al wel?
“Ja, zeker. Om te beginnen omdat ik eten heel erg lekker vind, maar ook omdat het zoiets tastbaars is, waar je een heel groot verschil mee kan maken. Het is een doel en een middel tegelijk om veel problemen op te lossen. Hoe meer ik erover ging lezen, hoe duidelijker ik me realiseerde: wat is er veel mis! Wat moet je veel kennis tot je nemen om een weloverwogen keuze te maken! Wie doet dat nou?”
Nou, jij blijkbaar! Hoe kwam jij aan je kennis over de rol van voedsel?
“Ik ben onder andere bij de universiteit van Wageningen online vakken gaan volgen, over voedselzekerheid en -toegankelijkheid. En ik heb een permacultuuropleiding gedaan en ben aan een opleiding kruidengeneeskunde begonnen. Die wil ik nog eens afmaken, trouwens, maar toen kwam Rechtstreex…”
Zo, toe maar! Dat zijn geen halve maatregelen. Jij gaat meteen tot het gaatje als je iets aanpakt?
“Haha, ja, ik heb een enorme hang naar kennis.”
Bracht je die kennis ook al in de praktijk?
“Mijn vriend en ik aten toen ik met de workshops begon al veel minder vlees dan eerst. Dat is een proces dat een paar jaar kan duren. Je wordt meestal niet van de ene op de andere dag vegetariër of veganist, dat vergeten mensen wel eens. Nu eten we alleen nog vlees als we er heel veel zin in of behoefte aan hebben.”
Kan je in je huidige werk het gevoel vasthouden dat je iets bijdraagt? Dat lijkt me nog niet zo makkelijk…
“Zeker niet. Sinds kort run ik samen met een team van mensen de eerste echte winkel van Rechtstreex. Dit is toch iets heel anders. Mensen komen hier ook zonder dat ze een bestelling hebben gedaan. Dat betekent dat je heel anders inkoopt bij de boeren. En dat je andere gesprekken voert met je klanten. Deze aanpak moet zich nog gaan bewijzen, maar de eerste weken verliepen veelbelovend. Ik moet hier nog wel mijn draai in vinden.”
Verkopen jullie uitsluitend biologisch?
“Nee. Dat zou je misschien verwachten, maar bij ons staat lokaal voorop. Er zijn ook boeren die hun gewassen niet bespuiten, maar (nog) niet officieel gecertificeerd zijn. Dat kost namelijk een paar jaar. Wij vinden het belangrijk om juist ook die producten te verkopen, zodat de boeren die omslag inderdaad kunnen maken. Vaak hikken ze tegen de overgangsperiode op en schakelen daarom niet over op biologisch. Of ze kunnen het bio-keurmerk niet betalen, dat komt ook voor.”
Zie jij jezelf dit over vijf jaar nog doen?
“Ik denk het niet. Ik wil me altijd blijven ontwikkelen.”
Ten slotte nog even terug naar onze workshops: wat is je het meeste bijgebleven?
“Dat het zo ontzettend leuk was om te doen. Je bent heel interactief met uiteenlopende thema’s bezig en je kunt elkaar altijd wat leren. Toen ik klaar was dacht ik vooral: dit zouden veel meer mensen moeten doen. En dan vooral de mensen die nog níet zo bewust met duurzaamheid bezig zijn.”